dinsdag 27 mei 2014

Het leven met een gokverslaving

Persoon H. vertelt over zijn gokverslaving
Afgelopen week had onze tutor iemand uitgenodigd om tijdens onze les te komen vertellen over zijn gokverslaving. Deze meneer zullen we i.v.m. zijn privacy persoon H. noemen. Persoon H. wilde zijn ervaringen over de heersende beeldvorming over mensen met een gokverslaving graag met ons delen. Volgens hem is er nog maar weinig bekend over gokverslaving. Gokverslaving krijgt over het algemeen weinig aandacht en hij vindt het wel belangrijk dat hier informatie over wordt gegeven. Op scholen wordt er bijvoorbeeld wel verteld over alcohol- en drugsverslavingen en wat de effecten daarvan kunnen zijn, maar niet over gokverslaving. Hij vertelde ook dat hij het voor ons als eerstejaars Social Workers belangrijk vond dat we al iets afweten van deze problematiek. In het 
werkveld zullen we tenslotte ook te maken kunnen krijgen met mensen met een gokverslaving.  

Op achttienjarige leeftijd is persoon H. voor het eerst in aanraking gekomen met het gokken. Hij had twee oudere broers die hem graag meenamen naar het casino. Hij begon met het spelen op fruitkasten, maar later zette hij vooral geld in bij roulette. Toen zijn verslaving het ergste was ging hij elke dag naar het casino. Hij nam dan al het geld mee dat hij op dat moment bezat. Als zijn geld op was ging hij allerlei manieren zoeken om aan geld te komen. In die tijd was persoon H. ook verslaafd aan alcohol en leefde hij op straat. Hierdoor kwam hij meerdere keren in aanraking met de politie. Op een gegeven moment werd hij in zekere zin gedwongen te stoppen met alcohol drinken. Als hij dit niet zou doen stonden hem namelijk meerdere geldboetes en een gevangenisstraf te wachten. Persoon H. vertelt: “Die stok achter de deur was erg belangrijk voor mij, die heeft ervoor gezorgd dat ik geheel op eigen kracht gestopt ben met alcohol drinken.” Het geloof heeft hier ook een rol in gespeeld. Van thuis uit is hij niet echt gelovig, maar hij is een tijdje met een vriendin mee geweest naar een vrije kerk. Daar heeft hij geleerd om dingen beter te kunnen relativeren.
Verder zegt hij dat het voor hem ook erg belangrijk is om afleiding te hebben. Zelf zoekt hij graag afleiding in het praten met mensen, tv kijken of puzzels maken in zijn puzzelboek. Op dit moment is persoon H. nog niet van zijn gokverslaving af. Hij gaat wekelijks naar gokhallen zoals Fairplay. Het liefst bezoekt hij geen gokhallen in zijn eigen woonplaats. Hij heeft hier namelijk geen fijne ervaring mee en daarbij voelt hij zich er niet prettig bij om bekenden tegen te komen. 
Persoon H. wil graag van zijn gokverslaving af. Hij gelooft dat dit het beste gaat als je een goede hulpverlener hebt die jou je eigen pad laat bewandelen. Je moet het tenslotte toch zelf doen. Zelf heeft hij al een aantal stappen in de goede richting gezet. Zo heeft hij bijvoorbeeld een woning en wordt hij ondersteund in het zelfstandig wonen. Zelf zegt hij dat hij het fijn vindt dat hij iemand heeft om mee te praten. “Anders wordt mijn hoofd zo vol, ik moet af en toe even iets kwijt en dan kan ik weer verder”, aldus persoon H. Eén keer per twee weken heeft hij een gesprek bij Mondriaan. Hier is hij erg mee geholpen. Daar wordt hem bijvoorbeeld uitgelegd hoe hij op een andere manier invulling kan geven aan de dag in plaats van gokken. Verder wil persoon H. graag zijn verhaal kwijt kunnen aan zijn omgeving en vindt hij het dus fijn dat er naar hem geluisterd wordt. Eerst wilde hij letterlijk weglopen voor zijn probleem door naar Luxemburg te gaan. In dit land is het namelijk verboden om te gokken. Toch heeft persoon H. dit niet gedaan. Hij werd zich er namelijk bewust van dat wanneer hij niet de mogelijkheid zou hebben om te gokken, hij waarschijnlijk iets anders zou zoeken om verslaafd aan te raken. Daarom heeft hij er toch voor gekozen om zijn probleem onder ogen te zien en te proberen om er op zijn eigen manier van af te komen. Hij heeft geleerd dat je met wilskracht ver kan komen en hij is nu dan ook hard bezig om zijn doel te bereiken. Doordat hij schulden heeft, krijgt hij maar weinig leefgeld. Dit vindt hij eigenlijk niet erg want zo kan hij dit ook niet uitgeven aan het gokken. Zijn leven heeft meer structuur gekregen doordat hij begeleid woont en dagbesteding heeft. Verder doet hij zelf boodschappen. Het geld dat hij overhoudt probeert hij te sparen. Hij zou namelijk graag eigen meubels of een nieuwe tv willen kopen.  Op de vraag wat hem nou typeert, antwoordt hij: “Deze vraag vindt ik lastig om te beantwoorden, maar volgens mij ben ik goed in met mijn handen werken, ben ik behulpzaam en vertel ik graag mijn verhaal. Vroeger durfde ik geen ‘nee’ te zeggen, ik was erg beïnvloedbaar en vertrouwde mensen te snel. Veel van die mensen hadden geen goede bedoelingen. Nu kan ik beter mijn grenzen aangeven.” (persoonlijke communicatie, 22 mei 2014).



Wim Kieft





Wim Kieft was 20 mei bij de wereld draait door. Hier vertelt hij over de biografie die hij geschreven heeft. Hier vertelt hij over zijn leven als voetballer, maar ook over zijn strijd tegen zijn cocaïneverslaving waar in eerste instantie bijna niemand vanaf wist.
Zijn boek heeft: Kieft.


Samenvatting

Bijna twintig jaar lang droeg voetballer Wim Kieft een groot geheim met zich mee. Dat is nu voorbij.
Aan Michel van Egmond, auteur van de mega-bestseller Gijp, vertelde hij zijn onwaarschijnlijke verhaal.
Kieft is het verslag van een bittere strijd tegen zijn verslaving. Tegen de demonen in zijn hoofd. Maar het is ook een hoopvol relaas over de voorzichtige wederopstanding van een veerkrachtig mens.
Het is een boek vol zelfspot en trots. Triest en soms grappig tegelijk. Het gaat over Ajax, PSV, Oranje en uiteraard over die gedenkwaardige kopbal tegen Ierland in 1988. Maar het gaat ook over schuld en schaamte, over eenzaamheid en angst, over de druk, over het eeuwige onvermogen om te genieten van succes. En over de dagelijkse strijd die hij voert om clean te blijven.
‘Ik ben blij dat ik weer leef,’ zegt hij op een van de laatste bladzijden van dit openhartige boek. ‘Écht leef.’
Want boven alles is Kieft een boek over hoop.

Wim Kieft (1962) speelde 42 keer voor Oranje. Hij werd Europees kampioen in 1988, won de Europa Cup I, werd zes keer landskampioen, vier keer bekerwinnaar en ontving al op 19-jarige leeftijd de Gouden Schoen.
Michel van Egmond (1968) is journalist bij Voetbal International en schrijver van sportboeken. Voor Gijp, de biografische schets van het leven van René van der Gijp, won hij in 2013 de NS Publieksprijs. Er zijn van Gijp bijna 350.000 exemplaren verkocht. (bol.com, 2014)

dinsdag 20 mei 2014

Documentaire code rood

De documentaire gaat over een man van 47 jaar. Hij heeft een goede baan als journalist. Hij heeft een vrouw en een zoon van 19 jaar en zijn vrouw heeft een eigen bedrijf. Op het eerste gezicht lijkt het een hele normale familie waar niks aan de hand is en die gewoon hun leven lijden. De man heeft alleen al 30 jaar een alcoholprobleem. Als hij zo door blijft gaan kan hij zich dooddrinken, hij heeft zelf niet door dat het zo erg is. Hij drinkt vooral om zich te ontspannen en drinkt alleen ’s avonds. Hij had niet het idee dat zijn omgeving er iets van merkt. Ze hebben hem zelden met te veel alcohol gezien. Ze zien alleen als hij begint met drinken, maar als hij over de grens is, dan is hij meestal thuis en ziet niemand het. Alleen zijn vrouw ziet het. Zij moet dan ook voor hem zorgen, want zij maakt altijd de zichtbare grens mee. Ze vindt het een ongezonde relatie, want het enige wat ze nu bij elkaar houdt is de alcohol. Zijn vrouw houdt van hem, maar niet van de alcoholist. Daarom heeft zij hem naar de kliniek gestuurd.
Vanaf het begin van intakegesprekken etc. Begint hij zich al steeds meer te beseffen dat ’t zijn lichaam veel heeft aangedaan. Hij gaat naar Thailand om buiten zijn omgeving op te knappen. In die kliniek zitten ook bekende Nederlanders of bekende politica. Die willen absoluut niet op de film willen. Anders kan het misschien bekend worden en het de wereld ingaan dat ze daar zitten. Dit laatste laat zien dat het beeld van de maatschappij veel met hen doet. Ze willen niet gezien worden, dus ze denken dat, als de wereld te weten komt dat ze een verslaving hebben, hun imago een stuk omlaag gaat, omdat het beeld dat er van verslaafde is negatief is, volgens hen.

Toen de man in de kliniek aankwam, werd zijn koffer onderzocht en werden er regels voor laptopgebruik en roken opgesteld. Na verschillende Yogasessies komt hij erachter dat hij een aantal dingen in zijn gezin en verdere omgeving flink verpest heeft door zijn alcoholgebruik. Hij besefte nooit wat hij deed en had niet door wat hij andere met zijn probleem aandeed. Hij zei in de film ook, ‘Ik dacht dat ik alleen ‘s avonds bezig was met mijn verslaving, maar eigenlijk was ik er de hele dag mee bezig, want ik leefde ernaartoe. Op het werk was ik alleen nog maar bezig met, vanavond kan ik weer drinken.’ had oogkleppen op. Hij had dus ook in eerste instantie niet door dat hij een probleem had en wat die probleem voor invloed had. hij begint dit gaande weg steeds meer te beseffen en na een maand verlenging van verblijf, mag hij dan weer naar huis. Thuis moet hij ook blijven gaan naar nabehandeling om een terugval te voorkomen.

Het beeld van de moeder over verslaving is slecht. Ze zei al, ik ben verliefd om Peter en niet op de alcoholist. Ze vindt dus dat de verslaving hem een hele andere persoon heeft gemaakt.


Peter had in eerste instantie niet door dat hij een verslaving had en de omgeving had er ook nooit iets over gezegd. Hij had ook niet door wat hij met de verslaving zijn vrouw en zijn kind aandeed. Het beeld dat andere over hem hadden, dronk bij hem niet echt door. Dat kwam later pas toen hij in de kliniek was en na yogalessen besefte wat hij zijn familie allemaal aan had gedaan. Dat raakt hem wel heel erg.

Vanuit de praktijk

De verantwoording vanuit de praktijk is te vinden onder het kopje 'draaiboek manifestatie'.

Vanuit de theorie

De verantwoording vanuit de theorie is te vinden onder het kopje 'draaiboek manifestatie'

Ervaring in de praktijk 3

Ervaring in de praktijk 2

Dit is mijn ervaring mensen met een drugs- en/ of alcohol verslaving in een Zorgpension.

Ervaring in de praktijk 1

Interview met persoon H.

HR 19 Organisatiekunde 1


De groepering organiseert zich naar buiten door middel van anonieme meetings en praatgroepen maar ook door opvanghuizen presenteren zij een beeld van zichzelf naar buiten. Het beeld dat men krijgt van personen met een verslaving in een praatgroep is vaker dat ze hulp nodig hebben. Het beeld dat instellingen die werken met de doelgroep uitstralen is echter juist het tegenovergestelde, zij benadrukken juist dat ze kijken naar de kwaliteiten van de personen aangezien ze wel degelijk veel zelf kunnen. De instellingen die met personen met een verslaving werken willen het beeld van verslaafden in de samenleving juist zo accuraat mogelijk krijgen en niet volledig beïnvloed door stereotypen. De personen met een verslaving zelf maakt het vaak niets uit wat men van hen vindt.

HR 18 Ethiek en diversiteit 2


Op welke gebieden heeft de groepering verslaving absoluut erkenning nodig?

Er zijn veel soorten verslavingen. Als men aan verslaving denkt komt meestal alcohol en drugsverslaving als eerste aan bod. Maar er zijn meerdere verslavingen. Denk bijvoorbeeld aan gok verslaving. In een interview met een persoon met een gok verslaving (link interview) is naar voren gekomen dat er minder aandacht besteed wordt aan die verslaving. In de media hoor je meestal weinig van gokverslaving. Er zijn ook andere soorten verslaving waar je niet zo snel aan denkt. Denk bijvoorbeeld aan een eet verslaving.
Tijdens interviews is ons opgevallen dat de erkenning voor die ‘mindere verslavingen’ anders is dan die van een drugs- en of alcohol verslaving. Dat zou kunnen komen omdat de overheid en de gemeente daar meer aandacht aan besteed. Ook kan dat komen door het beeld dat men heeft van een verslaving. Door informatie te verstrekken of ervaringsdeskundige in te zetten door middel van voorlichtingen of bijeenkomsten kunnen andere verslavingen ook aan het licht komen.
Gelijkwaardigheid van verslavingen is naar onze mening belangrijk. Een gokverslaving kan even ernstige gevolgen hebben als een drugsverslaving. Die erkenning moet vanuit de maatschappij komen. Het beeld van de maatschappij heeft invloed op wat als een verslaving erkend wordt, dit komt door bepaalde opvattingen die in de maatschappij heersen gedrag (Wijsman, 2008).

HR 17 Culturele antrolopogie en diversiteit 4

HR 16 Sociologie en diversiteit 1

Een beschrijving van de plek van de groepering binnen de samenleving

Volgens het onderzoek van Crisp, Gelder, Goddard & Meltzer (2005) en Bos en Kersaan (2011) kijkt de samenleving op een negatieve manier naar mensen met een verslaving. Er is daardoor geen sociale cohesie, de mate van solidariteit die de leden ten opzichten van elkaar voelen, tussen mensen met een verslaving en de rest van de maatschappij. Die solidariteit wordt mede bepaald door de omvang, de samenstelling, de intensiteit van interactie en communicatie en vooral het hebben van gemeenschappelijke waarden en normen. Op al deze vijf punten wordt er heel laag gescoord. De samenleving is zo groot waardoor de groep uiteen valt in verschillende sub-eenheden. De mensen met een verslaving worden in een hoekje geduwd, maar eigenlijk hebben ze helemaal niet dezelfde waarden, normen of (directe) interactie met elkaar. Zij worden als groep dus een sociale categorie genoemd, zo’n groep heeft één bepaalde eigenschap gemeen, die om een of andere reden voor de indeler interessant is. Een sociale categorie kan wel een voedingsbodem zijn voor een collectiviteit, de leden hebben dan gemeenschappelijke waarden, maar weinig (directe) interactie. Een collectiviteit kan weer een voedingsbodem zijn voor een groep, de leden hebben dan en gemeenschappelijke waarden en veel interactie. Het zou dus zeker kunnen dat de mensen met een verslaving elkaar onderling kennen en met elkaar omgaan, maar in eerste instantie worden ze door de samenleving allemaal in dezelfde categorie geplaatst door één bepaalde eigenschap, de verslaving. Hiermee wordt ook de sociale ongelijkheid al deels aangegeven. Het heeft betrekking op de verschillen in sociale waardering voor de posities die mensen in een samenleving aannemen. Dit kan veranderen, omdat de waardering in de loop van de tijd kan wijzigen, maar vooral ook omdat de criteria die men daarbij hanteert aan veranderingen bijgesteld kan worden. Zoals al eerder gezegd zijn er verschillende onderzoeken gedaan naar het beeld van de samenleving over de mensen met een verslaving en de uitkomsten waren allemaal negatief. Ze werden onder andere gezien als gevaarlijk en moeilijk om mee te praten (Crisp, Gelder, Goddard & Meltzer, 2005). Hun positie in de samenleving is daardoor vrij laag. Als bijvoorbeeld de werkgever erachter komt dat een persoon verslaafd is, wordt diegene vaak meteen ontslagen, ongeacht zijn werkkwaliteiten. Ieder persoon met een verslaving is anders. Zo zijn er ook mensen met een hoge maatschappelijke positie, er zijn bijvoorbeeld ook beroemdheden die verslaafd zijn. De verslaving moet dan wel verborgen worden. (documentaire code rood). Ook het sociale kapitaal verschilt per persoon. Sommige personen hebben een heel groot netwerk, bij andere is het juist heel klein (de Jager, Mok & Sipkema, 2009).


Vooral bij mensen met een drugs/alcoholverslaving worden heeft de samenleving een negatief beeld. Er is een kleine groep van deze personen die ‘deviant gedag’, afwijkend gedrag, tonen, waardoor de hele groep van dit gedrag de dupe is. Ze worden sterk gestigmatiseerd. Als iemand erachter komt dat een persoon een drugs of alcoholverslaving heeft wordt er meteen een etiket op zijn voorhoofd geplakt met: gevaarlijk, moeilijk om mee te praten, onvoorspelbaar. Andere verslavingen als koffieverslaving, workaholic worden niet zo negatief beoordeeld door de samenleving. Dit komt vooral doordat mensen hier geen last van hebben. Als de samenleving geen last heeft van een bepaald gedrag, zullen ze hier ook niet op in gaan (de Jager, Mok & Sipkema, 2009).

Maatschappelijke ontwikkelingen ten aanzien van mensen met een verslaving
Er zijn verschillende maatschappelijke ontwikkelingen geweest ten aanzien van mensen met een verslaving. Door de opkomst van de social media, roddelbladen etc. wordt een verslaving erg slecht in beeld gebracht. Als er een beroemdheid een verslaving heeft, wordt dit heel negatief de wereld ingebracht. Er wordt meer negatieve informatie verstrekt die leidt tot vooroordelen op grote school. Op televisie kunnen mensen wel verschillende documentaires bekijken over mensen met een verslaving (onder het kopje zinvolle informatie kunt u een aantal documentaires vinden), waar ze vertellen over hun leven. Er zijn ook verschillende tv-programma’s die het leven een iemand met een verslaving weergeven. Deze programma’s geven mensen dan informatie wat ervoor zorgt dat er minder onwetendheid is over ze.

Op politiek gebied zijn er veel strengere wetten tegen drugs, alcohol en nicotine. Vroeger mocht overal gerookt worden en dat is steeds meer teruggebracht. Nu mag je bijna nergens meer roken alleen in open lucht en plaatsen die daarvoor gemaakt zijn.