Persoon H. vertelt over zijn gokverslaving
Afgelopen week had onze
tutor iemand uitgenodigd om tijdens onze les te komen vertellen over zijn
gokverslaving. Deze meneer zullen we i.v.m. zijn privacy persoon H. noemen.
Persoon H. wilde zijn ervaringen over de heersende beeldvorming over mensen met
een gokverslaving graag met ons delen. Volgens hem is er nog maar weinig bekend
over gokverslaving. Gokverslaving krijgt over het algemeen weinig aandacht en
hij vindt het wel belangrijk dat hier informatie over wordt gegeven. Op scholen
wordt er bijvoorbeeld wel verteld over alcohol- en drugsverslavingen en wat de
effecten daarvan kunnen zijn, maar niet over gokverslaving. Hij vertelde ook
dat hij het voor ons als eerstejaars Social Workers belangrijk vond dat we al iets
afweten van deze problematiek. In het
werkveld zullen we tenslotte ook te maken
kunnen krijgen met mensen met een gokverslaving.
Op achttienjarige
leeftijd is persoon H. voor het eerst in aanraking gekomen met het gokken. Hij
had twee oudere broers die hem graag meenamen naar het casino. Hij begon met
het spelen op fruitkasten, maar later zette hij vooral geld in bij roulette. Toen
zijn verslaving het ergste was ging hij elke dag naar het casino. Hij nam dan
al het geld mee dat hij op dat moment bezat. Als zijn geld op was ging hij
allerlei manieren zoeken om aan geld te komen. In die tijd was persoon H. ook
verslaafd aan alcohol en leefde hij op straat. Hierdoor kwam hij meerdere keren
in aanraking met de politie. Op een gegeven moment werd hij in zekere zin
gedwongen te stoppen met alcohol drinken. Als hij dit niet zou doen stonden hem
namelijk meerdere geldboetes en een gevangenisstraf te wachten. Persoon H.
vertelt: “Die stok achter de deur was erg belangrijk voor mij, die heeft ervoor
gezorgd dat ik geheel op eigen kracht gestopt ben met alcohol drinken.” Het
geloof heeft hier ook een rol in gespeeld. Van thuis uit is hij niet echt
gelovig, maar hij is een tijdje met een vriendin mee geweest naar een vrije
kerk. Daar heeft hij geleerd om dingen beter te kunnen relativeren.
Verder zegt hij dat het voor hem ook erg belangrijk is om afleiding te hebben. Zelf zoekt hij graag afleiding in het praten met mensen, tv kijken of puzzels maken in zijn puzzelboek. Op dit moment is persoon H. nog niet van zijn gokverslaving af. Hij gaat wekelijks naar gokhallen zoals Fairplay. Het liefst bezoekt hij geen gokhallen in zijn eigen woonplaats. Hij heeft hier namelijk geen fijne ervaring mee en daarbij voelt hij zich er niet prettig bij om bekenden tegen te komen.
Verder zegt hij dat het voor hem ook erg belangrijk is om afleiding te hebben. Zelf zoekt hij graag afleiding in het praten met mensen, tv kijken of puzzels maken in zijn puzzelboek. Op dit moment is persoon H. nog niet van zijn gokverslaving af. Hij gaat wekelijks naar gokhallen zoals Fairplay. Het liefst bezoekt hij geen gokhallen in zijn eigen woonplaats. Hij heeft hier namelijk geen fijne ervaring mee en daarbij voelt hij zich er niet prettig bij om bekenden tegen te komen.
Persoon H. wil graag van zijn gokverslaving af. Hij gelooft dat dit het beste
gaat als je een goede hulpverlener hebt die jou je eigen pad laat bewandelen. Je
moet het tenslotte toch zelf doen. Zelf heeft hij al een aantal stappen in de
goede richting gezet. Zo heeft hij bijvoorbeeld een woning en wordt hij
ondersteund in het zelfstandig wonen. Zelf zegt hij dat hij het fijn vindt dat
hij iemand heeft om mee te praten. “Anders wordt mijn hoofd zo vol, ik moet af
en toe even iets kwijt en dan kan ik weer verder”, aldus persoon H. Eén keer
per twee weken heeft hij een gesprek bij Mondriaan. Hier is hij erg mee
geholpen. Daar wordt hem bijvoorbeeld uitgelegd hoe hij op een andere manier
invulling kan geven aan de dag in plaats van gokken. Verder wil persoon H. graag
zijn verhaal kwijt kunnen aan zijn omgeving en vindt hij het dus fijn dat er
naar hem geluisterd wordt. Eerst wilde hij letterlijk weglopen voor zijn
probleem door naar Luxemburg te gaan. In dit land is het namelijk verboden om
te gokken. Toch heeft persoon H. dit niet gedaan. Hij werd zich er namelijk
bewust van dat wanneer hij niet de mogelijkheid zou hebben om te gokken, hij
waarschijnlijk iets anders zou zoeken om verslaafd aan te raken. Daarom heeft
hij er toch voor gekozen om zijn probleem onder ogen te zien en te proberen om
er op zijn eigen manier van af te komen. Hij heeft geleerd dat je met
wilskracht ver kan komen en hij is nu dan ook hard bezig om zijn doel te
bereiken. Doordat hij schulden heeft, krijgt hij maar weinig leefgeld. Dit
vindt hij eigenlijk niet erg want zo kan hij dit ook niet uitgeven aan het
gokken. Zijn leven heeft meer structuur gekregen doordat hij begeleid woont en
dagbesteding heeft. Verder doet hij zelf boodschappen. Het geld dat hij
overhoudt probeert hij te sparen. Hij zou namelijk graag eigen meubels of een
nieuwe tv willen kopen. Op de vraag wat
hem nou typeert, antwoordt hij: “Deze vraag vindt ik lastig om te beantwoorden,
maar volgens mij ben ik goed in met mijn handen werken, ben ik behulpzaam en
vertel ik graag mijn verhaal. Vroeger durfde ik geen ‘nee’ te zeggen, ik was
erg beïnvloedbaar en vertrouwde mensen te snel. Veel van die mensen hadden geen
goede bedoelingen. Nu kan ik beter mijn grenzen aangeven.” (persoonlijke
communicatie, 22 mei 2014).